gedoopt in Zijn dood om te leven in Zijn leven
Wat zullen wij dan zeggen? Zullen wij in de zonde blijven, opdat de genade toeneemt?
Volstrekt niet! Hoe zullen wij, die aan de zonde gestorven zijn, nog daarin leven?
Of weet u niet dat wij allen die in Christus Jezus gedoopt zijn, in Zijn dood gedoopt zijn?
Wij zijn dan met Hem begraven door de doop in de dood, opdat evenals Christus uit de doden is opgewekt tot de heerlijkheid van de Vader, zo ook wij in een nieuw leven zouden wandelen.
Want als wij met Hem één plant zijn geworden, gelijkgemaakt aan Hem in Zijn dood, dan zullen wij ook aan Hem gelijk zijn in Zijn opstanding.
Volstrekt niet! Hoe zullen wij, die aan de zonde gestorven zijn, nog daarin leven?
Of weet u niet dat wij allen die in Christus Jezus gedoopt zijn, in Zijn dood gedoopt zijn?
Wij zijn dan met Hem begraven door de doop in de dood, opdat evenals Christus uit de doden is opgewekt tot de heerlijkheid van de Vader, zo ook wij in een nieuw leven zouden wandelen.
Want als wij met Hem één plant zijn geworden, gelijkgemaakt aan Hem in Zijn dood, dan zullen wij ook aan Hem gelijk zijn in Zijn opstanding.
Dit weten wij toch, dat onze oude mens met Hem gekruisigd is, opdat het lichaam van de zonde tenietgedaan zou worden en wij niet meer als slaaf de zonde zouden dienen.
Want wie gestorven is, is rechtens vrij van de zonde.
Als wij nu met Christus gestorven zijn, geloven wij dat wij ook met Hem zullen leven.
Wij weten toch dat Christus, nu Hij is opgewekt uit de doden, niet meer sterft. De dood heerst niet meer over Hem.
Want wat Zijn sterven betreft, is Hij voor eens en altijd voor de zonde gestorven, en wat Zijn leven betreft, leeft Hij voor God.
Zo dient ook u uzelf te rekenen als dood voor de zonde, maar levend voor God in Christus Jezus, onze Heere.
Want wie gestorven is, is rechtens vrij van de zonde.
Als wij nu met Christus gestorven zijn, geloven wij dat wij ook met Hem zullen leven.
Wij weten toch dat Christus, nu Hij is opgewekt uit de doden, niet meer sterft. De dood heerst niet meer over Hem.
Want wat Zijn sterven betreft, is Hij voor eens en altijd voor de zonde gestorven, en wat Zijn leven betreft, leeft Hij voor God.
Zo dient ook u uzelf te rekenen als dood voor de zonde, maar levend voor God in Christus Jezus, onze Heere.
Laat de zonde dan niet in uw sterfelijk lichaam regeren om aan de begeerten daarvan te gehoorzamen.
En stel uw leden niet ter beschikking aan de zonde als wapens van ongerechtigheid, maar stel uzelf ter beschikking aan God, als mensen die uit de doden levend geworden zijn. En laat uw leden wapens van gerechtigheid zijn voor God.
Want de zonde zal over u niet heersen. U bent namelijk niet onder de wet, maar onder de genade.
En stel uw leden niet ter beschikking aan de zonde als wapens van ongerechtigheid, maar stel uzelf ter beschikking aan God, als mensen die uit de doden levend geworden zijn. En laat uw leden wapens van gerechtigheid zijn voor God.
Want de zonde zal over u niet heersen. U bent namelijk niet onder de wet, maar onder de genade.
BASIC BIJBEL:
Hoe zit het dan? Zullen we dan maar veel slechte dingen doen, zodat God ons veel kan vergeven?
Hoe zit het dan? Zullen we dan maar veel slechte dingen doen, zodat God ons veel kan vergeven?
Nee, natuurlijk niet! Hoe zouden we op de oude manier verder kunnen leven? Ons oude, slechte 'ik' is toch dood?
Want toen we in Jezus Christus werden gedoopt, werden we allemaal in zijn dood ondergedompeld. Zijn dood werd ook onze dood.
Door de doop zijn we dus samen met Hem gestorven en begraven. En Christus werd na zijn dood weer levend gemaakt door de macht en majesteit van de Vader. Net zo zijn ook wij uit de dood teruggeroepen en levend gemaakt. We hebben een heel nieuw leven gekregen!
Net zoals we één geheel met Hem zijn geworden in zijn dood, zijn we ook één geheel met Hem geworden in zijn opstanding uit de dood.
Want we weten dat ons oude 'ik' samen met Christus is gekruisigd en gestorven. Daardoor heeft het kwaad geen macht meer over ons. We zijn niet langer slaven van het kwaad.
Want als iemand dood is, heeft het kwaad geen macht meer over hem.
We zijn dus samen met Christus gestorven. Daarom geloven we dat we ook samen met Hem zullen blijven leven.
Want we weten dat Christus, nu Hij uit de dood is opgestaan, niet meer zal sterven. De dood heeft geen macht meer over Hem.
Want doordat Hij gestorven is, heeft het kwaad geen enkele macht over Hem. En het leven dat Hij leeft, leeft Hij voor God.
Ik wil dat het voor jullie duidelijk is, dat ook jullie dood zijn. En dat het kwaad daardoor geen macht meer over jullie heeft. En doordat jullie één geheel zijn met Jezus Christus, leven ook jullie alleen voor God.
Laat het kwaad dus niet langer als een koning over je heersen. Wees er geen slaaf meer van.
Laat je niet langer door het kwaad gebruiken voor het doen van slechte dingen. Maar laat je door God gebruiken voor het doen van goede dingen, als mensen die eerst dood waren, maar die nu levend zijn.
Het kwaad mag niet meer over jullie heersen. Want nu heerst niet meer de wet over jullie, maar de liefdevolle goedheid van God.
Dit snapte ik vroeger echt niet. Maar God leert me dingen die zo mooie ne groot zijn. Wat een genade is dat.
BeantwoordenVerwijderen