G'ds Heiligdom, niet door mensen handen

"Door de grootheid van Uw arm verstomden zij als een steen, terwijl Uw volk, HEERE, erdoorheen trok, terwijl dit volk, dat U verworven hebt, erdoorheen trok. U zult hen brengen en hen planten op de berg die Uw eigendom is, Uw vaste woonplaats, die U gemaakt hebt, HEERE, het heiligdom, Heere, dat Uw handen gesticht hebben." Exodus 15: 16, 17.




G'd verlost zijn volk en bevrijd hen uit de handen van de Farao. De Farao die na tien bezoekingen, tien plagen van G'd, eindelijk van plan is het volk Israel, die al dik vierhonderd jaar in Egypte geleefd hadden, als slaven waren gedegradeerd en volledig uitgebuit, toegeeft en ze uiteindelijk te laat gaan.
Alleen uitgeleide uit Egypte was niet Gods doel voor Zijn volk. Gods doel was om Zijn volk te brengen naar Zijn heiligdom.

Hier begint mijn zoektocht naar Gods heiligdom, daar is volgens mij ons huis, Gods woonplaats en waar God woont wil ik wonen, wil ik dagelijks vertoeven.
Onderstaande tekst is mijn lijfspreuk, niet omdat ik daar ben waar deze tekst van getuigd, helaas nog niet, alles in mij is nog daar aangekomen, maar het is mijn wens om met heel mijn ziel, met heel mijn hart en met al mijn kracht aan te komen op het punt waarbij ik mij volledig met deze ademstoot van de Psalmist kan identificeren.

Psalm 27:4 Eén ding heb ik van de HEERE verlangd, dát zal ik zoeken: dat ik wonen mag in het huis van de HEERE, al de dagen van mijn leven, om de lieflijkheid van de HEERE te aanschouwen en te onderzoeken in Zijn tempel.

God die zijn kinderen wil brengen naar Zijn heiligdom, getuigt van liefde, kracht en overwinning. Aan het einde van dit wonen in slavernij, meer dan vierhonderdjaar gevangen in het web van zonde, schuld, verderf en dood, aan het einde van de "vleespotten" van Egypte, begint onze tocht door de woestijn naar huis, omdat God ons roept. God roept Zijn kinderen om de weg te gaan die Hij ons wijst, door de woestijn naar het beloofde land, op weg naar Zijn heiligdom. Let wel het is een weg van zelfverloochening, van verzoekingen en dus niet een gemakkelijke weg, niet een weg zonder gevaren, maar wel een weg samen met de Allerhoogste, en als de Allerhoogste, als Gods Geest met ons is, wie zal ik vrezen, dan zijn mijn tegenstanders als Goliath, gegeven in de hand van David.

"Toen sprak de HEERE tot Mozes:
Spreek tot de Israëlieten en zeg dat zij voor Mij een hefoffer nemen. U moet van iedereen wiens hart hem gewillig maakt, een hefoffer voor Mij nemen. Dit is het hefoffer dat u van hen moet nemen: goud, zilver en koper blauwpurperen, roodpurperen en scharlakenrode wol, fijn linnen en geitenhaar, roodgeverfde ramshuiden, zeekoeienhuiden en acaciahout, olie voor de lamp, specerijen voor de zalfolie en specerijen voor het geurige reukwerk, onyxstenen en andere edelstenen als opvulling voor de efod en de borsttas. En zij moeten voor Mij een heiligdom maken, zodat Ik in hun midden kan wonen." Exodus 25: 1-8


Op weg naar het beloofde land, uit een turbulent, gevaarlijk en zondig land. Een leven geleefd ver van het oorspronkelijke doel van God met Zijn kinderen.
Onze eerste standplaats is "Egypte" een wereld waar gebleken is dat er geen ruimte is voor God.
Op weg naar het beloofde land over een nog turbulentere weg, een weg met gevaren, uitdagingen, verleidingen, strijd, verzoekingen, pijn, verdriet, lijden, maar ook een weg van rust, vrede, harmonie, geluk, gezondheid, geborgen zijn en liefde. Van Egypte naar het beloofde land, blijkt een weg van zegen of vloek te zijn.
Onderweg zijn betekend niet, niet een thuis hebben, en het betekend zeker niet dat God ver weg is. God wil bij ons wonen in het land welke Hij ons beloofd heeft, maar God wil ook onderweg dichtbij ons zijn en daarvoor vraagt God van ons "offers", "offers" die ons helpen om God op een tastbare manier heel dichtbij te hebben en bovendien dichtbij te ervaren. Offers gebracht naar de eis, offers die licht zijn om te brengen en zacht om te dragen, waardoor God altijd van hele dichtbij onze Wachter, en onze Schild kan zijn. Geef zegt God, geef iets van jouw aan Mij zodat er een woonplaats een heiligdom voor mij gemaakt kan worden, een plek waardoor er iedere dag een aanraakbaren afstand is tussen jouw en Mijn hart.

Je kan aangeraakt worden als je iemand een vinger geeft, je hoofd boven het maaiveld uitsteekt, je armen uitstrekt en je handen opent. Gods aanraking gaat verder en dieper en komt veel dichterbij, Gods aanraking is een hartzaak, is omgang en relatie.

Onder het oude verbond woonde G'd in een tempel door mensen handen gemaakt, volgens het voorbeeld wat Mozes op de berg te zien kreeg. Mozes mocht in de hemel een kijkje nemen, hij mocht het hemels heiligdom wat niet tot stand was gekomen door mensen handen, aanschouwen, in zich opnemen en meenemen als model voor de te bouwen aardse tempel. Hij mocht op schaal een copy maken van Gods woonplaats.
Onder het nieuwe verbond woont God niet meer in de tempel gemaakt door mensen handen, van steen, hout, stof en/of edel metalen. Hij de Allerhoogste, de Heer van de Legermachten woont nu in een tempel die notabene door God zelf gemaakt is. Wij zijn Gods aardse tempel, wij zijn Zijn aarden vaten, met een geest en een ziel, een hart dat van origine God heeft gekend, en waardoor ook God zich nu weer wil laten kennen.
Ook nu anno 2014 wil God bij ons wonen, wil Hij een heiligdom, en ons hart blijkt daar heel geschikt voor te zijn en daarom roept Hij ons als vanouds, als een echo vanuit een ver verleden; mens, mijn geliefd kind "waar zijt gij"!

Een weg van verlossing en redding gaat vooraf aan het wonen bij Zijn volk, Zijn kinderen. 
Nu kan het goede en het kwade totaal niet samen gaan, licht en duisternis valt absoluut niet te verenigen, liefde en haat hebben geen bindende factor het één zal het andere uitsluiten. Er moet iets gebeuren zodat God bij ons kan wonen, om harmonie in de relatie te bewerken tussen de mens en Zijn Schepper.

"Mozes kwam terug en vertelde al de woorden van de HEERE en al de bepalingen aan het volk. Toen antwoordde heel het volk eenstemmig en zij zeiden: Al de woorden die de HEERE gesproken heeft, zullen wij doen. Vervolgens schreef Mozes al de woorden van de HEERE op. Hij stond 's morgens vroeg op en bouwde onder aan de berg een altaar en richtte twaalf gedenkstenen op voor de twaalf stammen van Israël. En hij stuurde de jonge mannen van de Israëlieten erop uit. Die brachten brandoffers en brachten dankoffers voor de HEERE, te weten jonge stieren. Mozes nam de helft van het bloed en deed dat in de schalen, en de helft van het bloed sprenkelde hij op het altaar. Hij nam het boek van het verbond en las dit ten aanhoren van het volk voor. En zij zeiden: Alles wat de HEERE gesproken heeft, zullen wij doen en Hem gehoorzamen. Toen nam Mozes het bloed, sprenkelde het op het volk en zei: Zie, dit is het bloed van het verbond dat de HEERE met u gesloten heeft op grond van al die woorden." Exodus 24: 3-8

Gods wet was nodig om ons te binden aan Hem. Zijn wet en verordeningen waren nodig om een verbond te sluiten waaraan het volk zich moest houden, maar waaronder Zijn volk ook kon schuilen. 
Het gaf hen richting, geborgenheid en veiligheid en het zorgde voor hervorming en vernieuwing. Op de Sinai verbond G'd zich aan Zijn volk en stelde Zich garant voor hun gezondheid, geluk, heiligheid, zaligheid, vrede en rust. Dit was G'ds aangelegenheid geworden en beloofde hen dat Hij er voor hen wilde zijn als zij zich aan Zijn richtlijnen zouden houden. Het volk ging akkoord met de voorschriften van G'd en dit werd bezegeld door het brengen van offers en doordat het bloed van deze offers over het volk werden gesprengd. Jullie volgen Mijn wetten en verordeningen, Ik zal ervoor zorgen dat het goed met jullie gaat, dat jullie in het beloofde land aan zullen komen het land vloeiende van melk en honing, jullie zullen daar wonen en Ik zal bij jullie wonen.

Als Abraham een bijzondere ervaring met G'd had gemaakt dan bouwde hij ter plaatse een altaar tot eer van G'ds naam, een plek waar een ontmoeting met G'd had plaatsgevonden. Izak doet dat ook en Jakob bouwde ook dit soort bijzondere altaren. Plaatsen waar de mens G'd ontmoet, thuis havens voor G'd en Zijn kind(eren). Ook Mozes bouwt nadat G'd met hem gesproken heeft, Zijn verordeningen en wetten bekend gemaakt heeft, een altaar. Het is een plek waar een overeenkomst wordt gesloten tussen G'd en de mens. Bloed speelt een essentiële rol in deze verbondssluiting, een leven wordt gegeven om dmv het vergoten bloed, om met kracht de relatie tussen G'd en de mens te bezegelen.

Het altaar zie ik als een heiligdom, daar waar G'd uitgenodigd wordt en waar G'd ook kan aanwezig kan zijn. Daar waar G'd verschijnt, zij het wandelend in de avondkoelte, in de droom van Jakob met de ladder of in de brandende braamstruik bij Mozes, daar is wat mij betreft G'ds heiligdom. De grond waarop wij staan waar G'd aanwezig is, is heilige grond. Om die reden was de hof van Eden G'ds eerste heiligdom op aarde, een plek waar G'd wilde zijn, de plek waar G'd en mens elkaar ontmoeten.

G'd wil meer dan een altaar alleen, G'd wil een plek waar Hij permanent aanwezig kan zijn, waar Hij als Wachter en Schild er voor ons zijn kan, maar ook een plek waar Hij ons dagelijks wil leren wat Zijn liefdes plan met ons inhield. Zijn wetten en verordeningen waren hulpmiddelen om ons te leren wat goed en kwaad was, wat we het beste konden doen, of nalaten, waardoor wij G'd beter te leren kennen, G'd leren eren en dienen. G'd leren kennen betekend inzicht in wie Hij is, wie wij zijn, en wat Zijn plan is met ons leven. Wat we nodig hebben om ons uit deze in zonde gevallen wereld te redden. Zijn wet is onze spiegel, laat zien dat wij zondig zijn, en redding nodig hebben. Die overtuiging gegeven door G'ds Geest is onze drive om naar G'd toe te gaan om van Hem te mogen verwachten dat Hij een oplossing heeft.

G'ds heiligdom ons onze schuilplaats, waar me mogen groeien in geloof en liefde. G'd dichtbij om ons te helpen en te leren. De  materialen die nodig zijn, die kleuren die gebruikt moesten worden en de attributen welke gemaakt moesten worden, werden beeldend ingezet om Zijn verlossingsplan handen en voeten te geven. De belofte aan Adam en Eva, dat de grote verleider de vader van de leugen de kop vermorzeld zou worden, werd in het aardse heiligdom tot aan Christus, tot in de detail verteld, uitgevoerd en doorleeft. Een wereld zonder hoop werd een wereld vol hoop. Vervlogen hoop na de eerste zonde, werd toch weer een zekere pijler in ons leven. De eerste Adam faalde, de tweede Adam (Jezus Christus) bracht de overwinning weer terug in ons leven.

Het heiligdom, de leer over het heiligdom, geeft onze hoop een vast fundament. G'd is de Regisseur en Jezus speelt de hoofdrol in deze dienst. Hij is de profeet die het ons verkondigd en leert, Hij is het Lam dat de zonde van de wereld wegneemt, Hij is onze Hogepriester die onze zonde weg zal dragen en ons zal zuiveren, zodat wij zonder vlek op rimpel en als meer dan overwinnaars straks voor G'ds hemel troon zullen staan. Hij is onze Koning die een nieuw koninkrijk zal stichten waar wij medeburgers van mogen zijn.
G'ds nieuwe koninkrijk zal op aarde gevestigd worden en ook daar zal de Allerhoogste willen wonen in ons midden. Waar de aardse hogepriester één keer per jaar mocht komen om dienst te doen in het Heilige der Heilige daar mogen wij in en door Christus dagelijks vertoeven. Daar mogen wij G'd zoeken en vinden en delen in Zijn geloof, hoop en liefde.

G'd gelooft dat wij allemaal kinderen van Hem kunnen worden door het offer van Zijn Zoon: "Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.
G'd hoopt dat wij naar Zijn stem zullen horen; "waar zij gij"? Genesis 3: 9. 
"Zijn heer zei tegen hem: Goed gedaan, goede en trouwe slaaf, over weinig bent u trouw geweest, over veel zal ik u aanstellen; ga in, in de vreugde van uw heer." Matteus 25: 21
G'ds liefde is  de drijvende kracht achter Zijn plan van redding en verlossing, het zal ons helen en zegenen, waardoor de relatie en harmonie tussen Hem en ons weer herstelt zal worden.
"Deze hoop hebben wij als een anker voor de ziel, dat vast en onwrikbaar is en reikt tot in het binnenste heiligdom, achter het voorhangsel." Hebr. 6: 19





Reacties

Populaire posts