Jezus onze Hogepriester
Hebreeën 1:1 Nadat God voorheen vele malen en op vele wijzen tot de vaderen gesproken had door de profeten, heeft Hij in deze laatste dagen tot ons gesproken door de Zoon, 2. Die Hij Erfgenaam gemaakt heeft van alles, door Wie Hij ook de wereld gemaakt heeft. 3. Hij, Die de afstraling van Gods heerlijkheid is en de afdruk van Zijn zelfstandigheid, Die alle dingen draagt door Zijn krachtig woord, heeft, nadat Hij de reiniging van onze zonden door Zichzelf tot stand had gebracht, Zich gezet aan de rechterhand van de Majesteit in de hoogste hemelen.
Met name in het boek Hebreeën in het tweede gedeelte, het Nieuwe Testament van de Bijbel, wordt Jezus gepresenteerd, als de ultieme Hogepriester, die zichzelf opofferde voor de zonden van de mensheid, en namens de gelovigen de aanwezigheid van God in het hemelse heiligdom betrad.
In Hebreeën wordt Jezus afgeschilderd als superieur aan de oudtestamentische priesters, die dienden in de aardse tabernakel en dierlijke offers brachten voor de zonden. Jezus daarentegen is de volmaakte en eeuwige Hogepriester, die zichzelf als het ultieme offer voor eens en voor altijd opofferde.
Hebreeën 4:14-16 zegt: "Laten we daarom, omdat we een grote hogepriester hebben die naar de hemel is opgevaren, Jezus, de Zoon van God, vasthouden aan het geloof dat we belijden. Want wij hebben geen hogepriester die zich niet kan inleven in onze zwakheden, maar wij hebben er een die in alle opzichten is verzocht, net als wij - en toch heeft hij niet gezondigd. Laten we dan met vertrouwen tot Gods genadetroon naderen, zodat we barmhartigheid ontvangen en genade vinden om ons te helpen in onze tijd van nood."
Toen Jezus voor Gods troon verscheen, heeft God de Vader Hem als het volmaakte offer aangenomen en is Hij waardig bevonden. Waardig om zonde te vergeven, waardig om het oordeel te voltrekken waarvoor de boekrollen in het gericht Gods geopend moeten worden, om het recht te laten gelden, rechtvaardigheid, genade en liefde te betonen aan diegene die geleefd hebben om de wil te doen van de Vader, zoals Jezus onze Hogepriester dit in Zijn leven op aarde heeft voorgeleefd.
Openbaring 5:6 En ik zag, en zie: te midden van de troon en van de vier dieren en te midden van de ouderlingen stond een Lam als geslacht, met zeven hoorns en zeven ogen. Dat zijn de zeven Geesten van God, die uitgezonden zijn over heel de aarde. 9. En zij zongen een nieuw lied en zeiden: U bent het waard om de boekrol te nemen en zijn zegels te openen, want U bent geslacht en hebt ons voor God gekocht met Uw bloed, uit elke stam, taal, volk en natie. 10. En U hebt ons voor onze God gemaakt tot koningen en priesters, en wij zullen als koningen regeren over de aarde.
Reacties
Een reactie posten