Daniel 5: G'ds oordeel over belsazar

"Koning Belsazar richtte een groot feestmaal aan voor zijn duizend machthebbers, en in tegenwoordigheid van die duizend dronk hij wijn."


De zoon van koning Nebukadnezar, komt gegeven de tekst als vanuit het niets. In Daniel vinden we geen aankondiging en ook geen jaartelling. Daar is hij ineens en het meest opvallende aan Belsazar is waarschijnlijk gelieerd aan deze introductie, hij richte een groot feestmaal aan en dronk wijn.

De discussie of alcohol goed of slecht voor de mens is, zullen we hier buiten beschouwing laten, hoewel ik er toch iets over ga zeggen. 
Wijn, in dit geval gegiste wijn, beinvloed je geest. Deze invloed kan je veroordelen, je kan zeggen dat het goed of fout is, dat is niet aan mij, maar als denken op een dermate gewelddadige manier wordt verstoort dan mag je toch op z'n minst vraagtekens zetten bij de veiligheid door het gebruik ervan. 

Belsazar acteert onder invloed van wijn niet op z'n best. De remmen zijn los, de normen en waarden vervagen en dat uit zich in zijn gedrag. 
Zijn vader had bij de verovering op Jeruzalem voorwerpen uit de Tempel buit gemaakt. Dat buit maken staat vooral model voor veel macht. In elke cultuur worden er wel goden aanbeden van gelijke statuur maar met diverse verschillende functie. Van gelijke statuur wil ik graag plaatsen in de context van de bijbel, en dan kom ik tot de conclusie dat er geen goden zijn dan alleen afgoden. We hebben iets of iemand verheven tot een bepaalde positie in ons leven die ons afleidt of afbrengt van de enige ware G'd, de Schepper van Hemel en aarde.

"Want de gebruiken van die volken zijn onzinnig: het is immers een stuk hout, iemand heeft het uit het bos gekapt, vakwerk met de bijl. Met zilver en met goud maken ze het mooi, met spijkers en met hamers zetten ze het vast, zodat het niet kan wiebelen. Ze zijn als een vogelverschrikker op een komkommerveld, want spreken kunnen ze niet. Ze moeten helemaal gedragen worden, want ze kunnen geen stap verzetten. Wees niet bevreesd voor hen, want kwaad kunnen ze niet doen, maar ook goeddoen is er bij hen niet bij." Jeremia 10: 3- 5

In het denken van de koningen van die tijd was het in ieder geval zo, dat als men de (af)god van dat volk kon vernederen, kleineren of verslaan, er grote macht werd toegekend aan hem of haar die dit bewerkstelligde. Het volk van G'd was verbannen en via de inbeslagname van de voorwerpen van de Tempel was het volk met zijn G'd vernederd en van haar macht ontnomen. Denk maar :-).

Onder invloed van wijn deed Belsazar iets wat zijn vader nooit gedaan heeft en waarschijnlijk ook nooit gedaan zou hebben. Nebukadnezar kende de ware G'd van Israel en zelfs na wat vijven en zessen, erkende hij zelfs deze G'd als de enige G'd en als de allerhoogste G'd, die koningen aanstelt en en koningen afzet. 
Belsazar was volledig op de hoogte van datgene wat zijn vader had meegemaakt, de getuigenissen staan opgeschreven en Belsazar heeft gedeeld in de ervaring van zijn vader tav deze Allerhoogste G'd.  Zijn antwoord op deze ervaringen en zijn kennis die hij opgedaan is over deze G'd van de ballingen van Jeruzalem, getuigd niet van wijsheid en verstand. 

De G'd van Israel moet blijkbaar door het slijk? Belsazar geeft een heel duidelijk signaal af aan zijn machthebbers dat hij niets van doen heeft met deze G'd en dat hij boven deze G'd van Israel staat. 
Maar tijdens dit stukje machtsvertoon verschijnt er vanuit het niets een schrift op de muur, geschreven met een mysterieuze hand. De schrik slaat hen allen om het hart, want blijkbaar wordt het toch ervaren als iets onheilspellend. De schrift Mene Mene Tekel Ufarsin, wordt wel gelezen maar niet begrepen, zoals ik ook Chinees kan en Arabisch, maar niet instaat ben om het goed uit te spreken laat staan te snappen wat er staat. Zoals te doen gebruikelijk worden de magiërs en bezweerders en alles wat zich wijs en verstandig noemt door Belsazar gesommeerd om te komen. Hij wil uitleg van wat er op de muur staat geschreven. 

De magiërs, bezweerders en wijzen stonden weer, zoals vanouds met hun spreekwoordelijke bek vol tanden. Ook nu waren ze niet instaat gebleken om de koning op een cruciaal moment, op een G'ds moment, van dienst te zijn, ze konden het niet lezen nog uitleggen. Hoevaak mag je voorschut staan, compleet op je plaat gaan en toch aan kunnen blijven als advizeur aan het hof. Als ik dit lees dan zie ik toch wel enige overeenkomst met nu. Als een minister of staatssecretaris blundert, dan mag hij/zij vaak gewoon blijven zitten, en als het toch te erg is en er een motie van wantrouwen wordt ingediend, dan mag hij/zij opstappen met heel veel wachtgeld of een gouden handdruk. 

Hoe het ook zij, de koningin spreekt haar man of zoon aan en brengt Daniel weer voor het voetlicht, de man die communiceert met de goden, die vol is van uitzonderlijke wijsheid en inzicht en in staat is om knopen te ontwarren en raadsels te onthullen.
Natuurlijk moet Daniel die weer eens niet aanwezig is, worden opgehaald om voor de koning te verschijnen. Daniel krijgt het verzoek om uit te leggen wat er nu op de muur staat geschreven. O, koning leef in eeuwigheid wordt gemakshalve maar even achterwege gelaten, en misschien wel omdat Daniel al direct zag wat deze geschreven tekst op de muur inhield, wie zal het zeggen? 
Belsazar is zo ver verwijderd van de bron van goed koningschap bedrijven, dat hij Daniel niet eens kent. Hij moet eerst nog even navraag doen of hij Daniel wel is, en of hij dus die uitzonderlijke wijze man is in wie die geest der goden woont. 

Het antwoord op zijn vraag of hij Daniel is, krijgt Belsazar niet eens, Daniel begint met de zin: "Houd uw geschenken voor uzelf, en geef uw beloningen aan een ander. Toch zal ik nu het schrift voor de koning lezen en de uitleg ervan zal ik hem laten weten."
Daniel neemt geen blad voor de mond en neemt moedig en vastberaden de taak op zich om te voldoen aan het verzoek van de koning. 
Voordat Daniel uitlegt wat er op de muur staat geschreven, herinnert hij Belsazar nog even subtiel aan wat feitjes over zijn vader. Hoe hij in zijn arrogantie zich dreigde te verheffen boven de Allerhoogste en hoe G'd daar mee afrekende. Geen onbekend verhaal zegt Daniel tegen de koning, want u wist dit allemaal en ondanks dat u dit wist: "U hebt zich verheven tegen de Heere van de Hemel, want de voorwerpen van Zijn huis heeft men bij u gebracht..."

"U hebt echter de God in Wiens hand uw adem is en aan Wie al uw paden toebehoren, niet verheerlijkt."
Koning nu komen we op het punt aan dat ik u ga vertellen waarom die hand is verschenen, nl om de reden die ik u net heb geschilder. De arrogantie en het dis respect voor de Heer van de Legermachten.

Wat betreft het schrift; Mene Mene Tekel Ufarsin?
"Dit is de uitleg van deze woorden. 
MENE: God heeft de dagen van uw koningschap geteld en Hij heeft er een einde aan gemaakt.
TEKEL: u bent gewogen in de weegschaal en u bent te licht bevonden.
PERES: uw koninkrijk is verdeeld en het is aan de Meden en de Perzen gegeven."

Daniel werd een purperen kleed gegeven, een gouden keten omgehangen en uitgeroepen tot de derde machthebber van het koninkrijk. Belooft is belooft of de boodschap nu negatief of positief zou zijn, Daniel krijgt wat Belsazar beloofd heeft. 

Wat meer kan ik zeggen dan dit:
"In diezelfde nacht werd Belsazar, de koning van de Chaldeeën, gedood."

Reacties

Populaire posts