2. het onderzoekend oordeel

Handelingen 17: 31 "Omdat Hij een dag heeft bepaald, waarop Hij de aardbodem rechtvaardig zal oordelen door een man, die Hij aangewezen heeft, waarvan Hij voor allen het bewijs geleverd heeft door Hem uit de doden op te wekken"

Vond het onderzoekend oordeel plaats in het jaar 31 van onze jaartelling, of daarna? Het antwoord op deze vraag maakt of breekt het traditionele adventisme. Indien, zoals sommigen in onze rijen hebben beweerd, het oordeel plaats vond in het jaar 31 - bij de hemelvaart van Jezus naar de "rechterhand Gods" in de hemel - dan is het geloofspunt van de aanvang van het onderzoekend oordeel in 1844 precies datgene wat onze tegenstanders voor meer dan een eeuw al hebben beweerd; namelijk niets meer dan een foefje om het gezicht te redden, verzonnen door ontevreden Millerieten, die een verklaring moesten geven voor de grote teleurstelling. Vond het oordeel plaats in het jaar 31 van onze jaar telling? Leest u eens de volgende teksten:

Handelingen 24: 25 "... Hij sprak over rechtvaardigheid en ingetogenheid en het toekomstig oordeel..."

Romeinen 2:16 Zo zal het gaan op de dag wanneer God de verborgen dingen van de mensen zal oordelen door Jezus Christus, overeenkomstig mijn Evangelie.

Romeinen 14:10-12 "Of ook gij, wat minacht gij uw broeder? Want wij zullen allen gesteld worden voor de rechterstoel Gods. Want er staat geschreven. Zo waarachtig als Ik leef, spreekt de Here: voor Mij zal alle knie zich buigen, en alle tong zal God loven".

Hebreeen 10: 30 "De Here zal zijn volk oordelen.

Deze paar teksten hebben een aantal dingen gemeen. Het eerste en duidelijkste is, dat zij allen in het Nieuwe Testament staan: Hebreeën, Handelingen en Romeinen. Ook spreken zij over een oordeel. Maar in welke tijd plaatsen zij dit oordeel? In het verleden, of in de toekomst? "De Here zal zijn volk oordelen." "Wij zullen allen voor de rechterstoel van Christus gebracht worden." Kennelijk verwijzen deze teksten naar een bepaald type van toekomstig oordeel, en enkele hebben direct te maken met een oordeel van Gods volk.

Wat hebben wij dus? Nieuwtestamentische teksten, waarvan sommige verwijzen naar een toekomstig oordeel van christenen. En omdat de boeken van het Nieuwe Testament tien, twintig, dertig jaar na het kruis geschreven werden, en omdat deze teksten wijzen naar een oordeel dat gebeuren moet nadat zijzelf geschreven werden - ligt het voor de hand dat dit oordeel enige tijd na het jaar 31 van onze jaartelling zal moeten plaatsvinden.

Dit punt, ofschoon eenvoudig, is van beslissende betekenis - want de ketterij die het adventisme tracht te onder mijnen, plaatst het oordeel bij het kruis. Deze teksten echter, laten de bedrieglijkheid zien van het plaatsen van het oordeel over de gelovigen in het jaar 31. Al geven de hierboven ge noemde teksten geen datum aan, zij tonen op z'n minst aan dat dit oordeel niet plaatsvindt in het jaar 31 van onze jaartelling.

Wat moeten wij denken van de tekst: "Nu gaat er een oordeel over deze wereld" (Johannes 12:31), die Jezus uitsprak met verwijzing naar zijn nabije dood? Wijzen deze woorden er niet op dat het oordeel bij het kruis geschiedde?

Zeker in één opzicht voltrok zich een oordeel bij de dood van Jezus aan het kruis. Hier kwam de vlekkeloze Zoon van God naar de aarde in menselijk vlees en goot al de liefde van de hemel uit over de mensheid, slechts om afgewezen en veracht te worden. De gehele wereld staat veroordeeld bij de dood van Jezus. Ja, in deze betekenis hield het kruis een oordeel in, maar niet het onderzoekend oordeel.

De Bijbel spreekt over verschillende typen oordelen. De aarde kwam onder het oordeel na Adams zonde. De zondvloed was een oordeel tegen de mensheid. Het oude Israël onderging talrijke oordelen. De mensen zullen een oordeel tegemoet gaan wanneer Jezus terugkomt naar de aarde. Wij zullen betrokken zijn bij een duizendjarig oordeel, wanneer wij "engelen zullen oordelen (1 Korinthiërs 6:3). Het laatste oordeel zal plaatsvinden wanneer de goddelozen voor altijd vernietigd worden: "Zo iemand niet gevonden werd geschreven in het boek des levens, die werd geworpen in de poel des vuurs" (Openbaring 20:15).

Maar naar welk oordeel verwezen sommige teksten die wij in het begin aanhaalden? Paulus zei dat "wij allen zullen staan voor de rechterstoel van Christus". Paulus sloot ook zichzelf in dat oordeel in. Maar Paulus was een gelovige. En aan wie schreef hij? Aan andere gelovigen. Zij allen, inclusief Paulus zelf, moesten nog door God geoordeeld worden. Inderdaad: "De Here zal zijn volk oordelen" (Hebreeën 10:30).

Wanneer worden dan de gelovigen geoordeeld? Volgens de paar teksten die wij zojuist lazen, moeten gelovigen een bepaald type oordeel tegemoet zien, en dat oordeel moet te eniger tijd na het jaar 31 van onze jaartelling plaatsvinden. En dit is het oordeel waar de adventisten naar verwijzen als zij spreken over het onderzoekend oordeel.

👉woord vooraf