3. Gods koninkrijk komt

Daniël 2:29 Terwijl u, o koning, op uw bed lag, kwamen er gedachten in u op over wat hierna gebeuren zal. En Hij Die de verborgenheden openbaart, heeft u laten weten wat er gebeuren zal.

Ofschoon wij hebben kunnen constateren, dat het oordeel van Gods volk na het jaar 31 van onze jaartelling zal plaatsvinden, moeten we nog een lange weg gaan om op 1844 uit te komen. Om dit te doen bestuderen we het boek Daniël en beginnen met hoofdstuk 2.

De meeste adventisten zijn bekend met Daniël 2. Koning Nebukadnezar van Babylon had een droom. Hij zei, dat hij zich deze niet kon herinneren, laat staan hem uitleggen! De tovenaars, de sterrenwichelaars, en de Chaldeeërs van Babylon boden aan de droom te verklaren als de koning hun die maar wilde vertellen. Echter, de koning wenste niet alleen dat zij de droom zouden uitleggen, maar hem ook de inhoud zouden vertellen.

Daniel 2: 10 De Chaldeeën gaven de koning ten antwoord: Er is geen mens op de aardbodem die het door de koning gevraagde zal kunnen te kennen geven; daarom heeft dan ook geen koning, hoe groot en machtig ook, iets dergelijks van enige geleerde of bezweerder of Chaldeeër gevraagd.

Boos geworden maakte de koning bekend, dat zij allen zouden worden omgebracht, met inbegrip van Daniël. Op een ootmoedig gebed van Daniël werd het antwoord dat de koning zocht, in een "nachtgezicht" aan Daniël gegeven, waarop hij het aan de koning vertelde.

De droom ging, zoals bekend, over het "grote beeld". Het hoofd van het beeld was van goud, de borst en armen van zilver, de buik en dijen van koper, de benen van ijzer, en de voeten deels van ijzer en deels van leem. Tenslotte kwam een grote steen,

Daniel 2: 34, 35 die het beeld trof aan de voeten van ijzer en leem en deze verbrijzelde; toen werden tegelijkertijd het ijzer, het leem, het koper, het zilver en het goud verbrijzeld, en zij werden gelijk kaf op een dorsvloer in de zomer, en de wind voerde ze mee, zodat er geen spoor meer van te vinden was; maar de steen die het beeld getroffen had, werd tot een grote berg, die de gehele aarde vulde.

Vervolgens verklaarde Daniël de droom. Hij vertelde de koning dat zijn koninkrijk, Babylon, het hoofd van goud was. Daarna zou een ander koninkrijk opstaan (zilver), dan een ander (koper), en dan weer een ander (ijzer). Het ijzeren koninkrijk zou in kleine machten verbroken worden (ten dele ijzer en ten dele leem) en zij zullen

Daniel 2: 43 met elkander geen samenhangend geheel vormen, zoals ijzer zich niet vermengt met leem.

De steen zonder handen afgehouwen stelt het koninkrijk voor, dat God zal oprichten en dat voor eeuwig zal blijven bestaan.

Wij weten dat het eerste koninkrijk Babylon is. Daniël vertelt ons dit feit. De geschiedenis openbaart dat het volgende koninkrijk Medo-Perzië is, het derde Griekenland, terwijl het ijzeren koninkrijk het Romeinse Rijk is. Het ijzer dat met leem is vermengd, beeldt het in de volken van Europa uiteen gevallen Romeinse keizerrijk uit (sommigen hebben het ijzer en leem uitgelegd als de pogingen van kerk en staat om zich met elkaar te verbinden, wat zeer zeker ook gedurende de meeste tijd van de Europese geschiedenis gebeurde)

De koninkrijken kwamen precies in deze volgorde aan de macht - zelfs ofschoon Daniël dit honderden jaren voordat de gebeurtenissen plaatsvonden profeteerde. Het koninkrijk dat God zal oprichten, komt na de wederkomst van Jezus. Daniël 2 is als volgt samen te vatten: 

                    Goud              Babylon

                    Zilver             Medo-Perzië

                    Koper             Griekenland

                    IJzer               Romeinse Rijk

                    IJzer/leem      Europa

                    Steen              Gods Koninkrijk - (Weder)komst van de Messias

Twee belangrijke zaken moeten worden opgemerkt. Ten eerste, Daniel 2 schetst de fundamentele hoofdlijnen die als basis dienen voor de rest van de apocalyptische (eind van de wereld) profetieën die wij in het boek Daniël zullen bestuderen. Met andere woorden: De rest van de apocalyptische profetieën borduren voort op wat in Daniël 2 is vastgelegd. Daniël 2 is de basis; de andere profetische hoofdstukken voegen details toe, maar passen in het tijdschema van Daniël 2, dat met Babylon begint en eindigt met de wederkomst van de Messias (Christus). De volken die in de volgende hoofd stukken beschreven worden, zijn, zoals we zullen zien, dezelfde als die beschreven worden in Daniël 2.

Het andere belangrijke punt handelt over de verschillende metalen in de droom. Babylon was goud, Medo-Perzië was zilver, Griekenland was koper, en het Romeinse Rijk ijzer. Ieder volgend koninkrijk werd met een ander metaal aangeduid. Toch zet het Romeinse Rijk, gesymboliseerd door het ijzer, zich voort gedurende de eeuwen tot het einde van de tijd. Het ijzer van Rome komt onmiddellijk na het koper van Griekenland, beweegt zich vervolgens neerwaarts langs de benen tot het zich in de voeten met klei vermengt. Toch is het nog steeds ijzer, maar in een andere vorm.

Daniel 2:33 Zijn benen van ijzer, zijn voeten deels van ijzer en deels van leem.

Het punt is, dat het ijzer, dat het Romeinse Rijk symboliseert, zich uitstrekt van de val van Griekenland tot aan het moment dat de "steen" alles verbrijzelt bij de (tweede) komst van de Messias (Jezus). Bij het begin was het ijzer zuiver; later wordt het vermengd met klei. Niettemin is het nog steeds ijzer. De betekenis van dit punt zal later duidelijk worden.

Laten we de gegevens nog even samenvatten: Wij hebben gezien dat het oordeel van Gods volk te eniger tijd na het jaar 31 van onze jaartelling zal plaatsvinden.

Daniël 2, met zijn opeenvolging van koninkrijken: Babylon, Medo-Perzië, Griekenland en Rome (twee fasen), gaat vooraf aan de wederkomst van Jezus en vormt de fundamentele profetische schets voor de andere apocalyptische profetieën van Daniël.

En tenslotte hebben wij gezien dat het ijzer van Rome, dat volgt na het koper van Griekenland, blijft tot het einde van de tijd, ofschoon het op een bepaald moment van samen stelling (gedaante) verandert.

👉woord vooraf