Basis voor Ordinatie. 2/10

Exodus 19:22 Ook de priesters, die tot de HEERE naderen, moeten zich heiligen; anders zal de toorn van de HEERE over hen losbarsten.


Wijding is een verlening van het kerkelijk gezag, "een erkende vorm van aanwijzing tot een aangesteld ambt en een erkenning van iemands gezag in dat ambt". Na hun wijding, werden Paulus en Barnabas
"gemachtigd door de kerk, niet alleen om de waarheid te onderwijzen, maar ook om het ritueel van de doop uit te voeren en kerken te organiseren, en werden bekleed met de volledige kerkelijke autoriteit."

De wijding tot het evangelieambt is de erkenning door de kerk dat een man apart gezet is voor het ambt van evangeliedienaar, zijn leven wijdend aan de dienst van Jezus, om dicht bij Hem te zijn,
Zijn onderricht te ontvangen, en gezonden te worden als Zijn persoonlijke vertegenwoordiger (Markus 8:1; Exod. 19:22).
In sommige opzichten is de wijding tot het evangelieambt als een professionele licentie, die dient om mensen te beschermen tegen charlatans. Het beschermt de kudde van God tegen zelfbenoemde personen die beweren namens de kerk te spreken, maar niet gemachtigd zijn door de consensus van de oudsten en opzieners van de kerk om dit te doen.

Wijding is een essentieel onderdeel van de kerkelijke organisatie en is belangrijk geweest voor de Adventkerk vanaf haar begin. Onmiddellijk na de organisatie van onze eerste conferentie in Michigan, maakte James White deze motie:

"Besloten is, dat de papieren van onze predikanten bestaan uit een certificaat van wijding, tevens geloofsbrieven te ondertekenen door de voorzitter en de griffier van de conferentie, welke geloofsbrieven jaarlijks vernieuwd dienen te worden."

Het Engelse woord "ordinatie" komt van een Latijns woord, ordo (orde, klasse, rang), niet een woord uit het bijbels Grieks of Hebreeuws. Niettemin, het concept van de kerk die iemand machtigt en apart zet voor een heilig doel wordt gevonden door de hele Schrift heen. Veel Engelse vertalingen van de Bijbel hebben het woord "wijding" gebruikt omdat het de beste manier was om in het Engels het concept over te brengen dat de Bijbel beschrijft.

Ellen White en de Adventistische pioniers vonden de term "wijden" en "wijding" nuttig. Zij beschrijft de eenvoudige ceremonie waarmee Jezus de twaalf discipelen wijdde:

"Toen Jezus zijn onderricht aan de discipelen beëindigd had, verzamelde Hij de kleine groep dicht om zich heen, knielde in het midden van hen en legde zijn handen op hun hoofden, en sprak Hij een gebed uit om hen op te dragen aan Zijn heilig werk. Zo werden de discipelen van de Heer gewijd tot het evangelieambt."

Waarschijnlijk omdat het woord "wijding" komt van een Latijns woord, wordt beweerd dat de Adventkerk haar praktijk van wijding van de Rooms Katholieke Kerk heeft overgenomen. Dit is absurd. De Adventistische pioniers ontwikkelden de praktijk direct uit de Bijbel. Zij waren zich terdege bewust van de katholieke perversie van de wijding en verwierpen die. Ellen White was expliciet in het onderscheid tussen de wijdingspraktijk van de vroege kerk en de corruptie van de wijding die de kerk binnenslopen tijdens de geloofsafval. Zij zegt:

"Op een later tijdstip werd het ritueel van de wijding door handoplegging sterk misbruikt; men hechtte een ongerechtvaardigd belang aan deze handeling, alsof er onmiddellijk een macht kwam over hen die deze wijding ontvingen, die hen onmiddellijk kwalificeerde voor elk ministeriële werk. Maar bij het apart zetten van deze twee apostelen, is er geen verslag waaruit blijkt dat enige deugd werd verleend door de loutere handeling van handoplegging."

Hieruit kunnen we afleiden dat de Advent Kerk, de sacramentele visie van de katholieke kerk op wijding verwierp. Wijding verleent geen magische krachten, maar is de manier van de kerk om personen te machtigen, te zegenen en de personen te erkennen die apart worden gezet voor hun dienst aan de kerk in een bepaald ambt. Handoplegging is niet noodzakelijk wijding. De handoplegging voor de zieken wordt "zalving" genoemd. Handoplegging voor kinderen wordt "inwijding" genoemd. Maar zelfs handoplegging in ceremonies die in wezen wijding zijn, d.w.z. machtiging voor ambt of zending - zoals bij de handoplegging van diakenen, diakonessen en medische zendelingen - wordt gewoonlijk geen wijding genoemd. Ellen White, en daarmee een groot deel van de Adventkerk, gebruikte de term "wijding" van oudsher alleen met betrekking tot de de ambten van hoofd van de kerk: ouderlingen en evangelieverkondigers.

Vaak gestelde vragen
  1. Is het onderscheid tussen gewijde en niet-gewijde arbeiders triviaal?
    Nee. Het was zo belangrijk dat de Heilige Geest, tijdens een tijd van hartonderzoek, vasten en gebed, de Kerk van Antiochië instructies zond om Barnabas en Paulus te wijden (Handelingen 13:2, 3).
  2. Werden in de Vroege Kerk alle gekwalificeerde personen geordineerd?
    Nee. Matthias en Jozef waren even gekwalificeerde mannen, maar God koos Matthias uit voor de wijding (Handelingen 1:21-26). Paulus, Barnabas, Simeon, Lucius, en Manahen waren even gekwalificeerde mannen, maar God koos Paulus en Barnabas uit (Handelingen 13:1, 2). In het Oude Testament koos God David uit zijn broers met dezelfde kwalificaties (1 Sam. 16:5-13).
  3. Aangezien noch de Bijbel noch de Geest der Profetie uitdrukkelijk het wijden van vrouwen verbiedt, waarom zou de kerk het dan verbieden?
    Ten eerste, het is vrouwen verboden posities te bekleden die gezaghebbend onderwijs inhouden of gezag over mannen (1 Tim. 2:11-15). Dit impliceert dat de wijding van een vrouw in een dergelijke positie is verboden. Maar laten we aannemen, omwille van het argument, dat het wijden van vrouwen in leiderschapsfuncties niet "expliciet verboden" is. Het is een veel voorkomende fout om God's zwijgen hierover te verwarren als een teken van Zijn bevestiging.

    Psalm 50:21 Zulke dingen doet u en Ik zwijg; u denkt dat Ik net zo ben als u.
    Ik zal u straffen en uw zonden voor uw ogen uitstallen.

    Het zwijgen van Jezus tijdens Zijn schijnproces duidde zeker niet op Zijn goedkeuring (Marcus 14:60; 15:6); integendeel, het was de grootste berisping die Hij kon geven. Om deze fout in de bijbeluitleg te vermijden, zijn wij geïnstrueerd "om een duidelijk 'Aldus zegt de Heer' te eisen", dus is het verontrustend om te zien hoe de NAD (noord amerikaanse devisie) haar officiële aanbeveling om vrouwen te wijden met de verklaring: "De Bijbel spreekt niet direct over de wijding van vrouwen." Deze "goedkeuring door stilte" is het gebruik van een methode van bijbelse interpretatie die Jezus niet gebruikte. Hij zei, "Er staat geschreven," nooit, "Er staat niet geschreven."

    Lukas 10:26 En Hij zei tegen hem: Wat staat er in de Wet geschreven? Wat leest u daar? niet, "Wat staat er niet geschreven in de wet? Wat kun je erin lezen?

    Ellen White zei ronduit:

    "In de opdracht aan Zijn discipelen heeft Christus niet alleen hun werk uiteengezet, maar ook hun boodschap. Leer het volk, zei Hij, 'alles in acht te nemen wat Ik u geboden heb'. De discipelen moesten onderwijzen wat Christus had onderwezen. Dat wat Hij gesproken had, niet alleen in eigen persoon, maar door alle profeten en leraren van het Oude Testament, is hier inbegrepen. Menselijke leer wordt buitengesloten. Er is geen plaats voor traditie, voor theorieën en conclusies van de mens, of voor kerkelijke wetgeving. Geen door kerkelijke autoriteit uitgevaardigde wetten zijn in de opdracht opgenomen. "Geen van deze zijn gegeven aan Christus' dienaren om te onderwijzen"
    (DA 826).

    Christus' "discipelen moeten alleen onderwijzen wat Hij hun heeft opgedragen".

  4. Waarom zeggen sommige theologen dat de wijding niet in de Bijbel staat? De Bijbel werd geschreven in het Hebreeuws, Aramees, en Grieks, niet in het Engels of een andere moderne taal. Maar de meeste vertalingen gebruiken het woord "wijding", tenminste in het Nieuwe Testament. Het concept wordt zeker duidelijk onderwezen. De Bijbel spreekt over de wijding van Paulus en Barnabas (Handelingen 13:1, 2); de wijding van Timotheüs door andere oudsten (1 Tim. 4:14; 2 Tim. 1:16); en de wijding van de twaalf apostelen door Jezus (Marcus 3:14). Het zegt ons wie oudsten moeten worden (1 Tim. 3:1-6) en waarschuwt ons om niemand voortijdig te wijden (1 Tim. 5:22). Ellen White spreekt over al deze gebeurtenissen en noemt ze in haar moedertaal, "wijding". Paulus waarschuwde de jonge Timotheüs tegen hen "die bezeten zijn van geschillen en woordenwisselingen, waaruit nijd, twist, kwaadsprekerij voortkomen, kwaadaardige verdenkingen" (1 Tim. 6:4). Dus, hoe we het ook willen noemen, de Bijbel is duidelijk dat door de heilige geschiedenis heen, gekwalificeerde mannen apart zijn gezet voor leiderschap op een manier die anderen niet hadden. Dit was het geval voor de twaalf apostelen (Marcus 3,14) en de vroege kerk (Handelingen 13:3; Titus 1:5). En Ellen White spreekt over het opleggen van de handen van de wijding aan de ambtsdragers, en allen die beschreven worden als gewijd, mannen waren. In De Handelingen der Apostelen, vergelijkt Ellen White Mozes' aanstelling van de zeventig met het apart zetten van oudsten in de vroege kerk. De wijding is niet van heidense of rooms-katholieke oorsprong, maar vindt haar wortels in de Schrift:
"God voorzag de moeilijkheden die Zijn dienaren zouden tegemoet zien,
en om ervoor te zorgen dat hun werk boven alle twijfel verheven zou zijn,
gaf Hij de kerk door openbaring de opdracht om hen in het openbaar apart te zetten
voor het werk van het ambt. Hun wijding was een publieke erkenning van hun goddelijke
aanstelling om aan de heidenen de blijde tijding van het evangelie te verkondigen"

5. Konden zij die niet gewijd waren in het heiligdom bedienen? Korach, een Leviet, maar niet van de familie van Aäron, en Dathan en Abiram, die Reubenieten waren, voelden dat ze geroepen waren tot het priesterschap, maar werden daarvan uitgesloten (PP 395). "De wet was zeer uitdrukkelijk dat alleen zij die tot het heilige ambt waren gewijd, het heiligdom mochten bedienen" (PP 398). Korachs zaak vond echter weerklank bij het volk; dus, de kwestie wie er gewijd kon worden was de basis voor de eerste opstand in Israël. God beantwoordde de vraag resoluut. Een koninkrijk van priesters betekende niet dat iedere Israëliet tot het priesterschap gewijd moest worden. Paulus herinnert ons eraan dat deze verhalen zijn geschreven:

1 Korinthe 10:11 Al deze dingen nu zijn hun overkomen als voorbeelden voor ons, 
en ze zijn beschreven tot waarschuwing voor ons, over wie het einde van de eeuwen gekomen is.
 tot onze vermaning, over wie het einde van de wereld gekomen zijn.

Wie tot priester gewijd kon worden bleef omstreden gedurende de geschiedenis van Israël.

klik hier👉 hoofdstuk 1

Reacties

Populaire posts