mijn Vader, jouw Vader

"En het gebeurde, toen Hij ergens aan het bidden was, dat een van Zijn discipelen tegen Hem zei, toen Hij ophield: Heere, leer ons bidden, zoals ook Johannes zijn discipelen geleerd heeft. 2 Hij zei tegen hen: Wanneer u bidt, zeg dan: Onze Vader, Die in de hemelen zijt. Uw Naam worde geheiligd. Uw Koninkrijk kome. Uw wil geschiede, zoals in de hemel, zo ook op de aarde. 3 Geef ons elke dag ons dagelijks brood. 4 En vergeef ons onze zonden, want ook wij vergeven aan iedereen die ons iets schuldig is. En leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van de boze." Lukas 11:1-4


Dit moment moet heel bijzonder zijn geweest voor de discipelen. De ogen gingen open en ze begonnen te zien dat zij ook tot G'd mochten naderen. Dit op zich is al een stap in geloof. Ze laten nu in geloof zien aan Jezus, dat ze denken dat de weg naar de Vader voor hen persoonlijk ook open is. Leer ons bidden, zodat wij zelf met God mogen praten, zodat wij zelf in een relatie met God mogen wandelen.

Een vergadering in de Tweede Kamer schijnt altijd gericht te zijn op de voorzitter. De sprekers beginnen daarom met de zin: "geachte voorzitter". Maar in werkelijkheid hebben ze het helemaal niet tegen de voorzitter maar hebben ze het tegen alle andere mensen die betrokken zijn bij het debat. Is dat ook niet de manier waarop wij bidden?

Zijn we in onze gebeden werkelijk op God gericht of zijn we bezig met een hoop woorden waarvan we nauwelijks weten wat we zeggen. Misschien zijn we er alleen maar op uit om een zo mooi mogelijk gebed uit te spreken. We zeggen wel "Onze Vader", maar klinkt het niet alsof we zeggen: "geachte voorzitter"?

Gebed is horen, luisteren en spreken en in dat spreken is het de bedoeling dat we werkelijk op de Vader gericht zijn. In gebed zijn we bezig om God te laten wat Hem bezig houdt, wat Zijn weg is voor ons en wat Zijn gedachten zijn over ons, maar het is ook vertellen wat ons verlangen is in onze relatie met Hem, en met onze naaste. In gebed zijn we bezig om onze afhankelijkheid aan de Vader te tonen. En daar past geen perfect gearticuleerd gebed bij, daar past alleen een hart bij dat gericht is op de Vader, welke mee wil bewegen met de Geest, die ons gebed voor de Troon brengt van YahElohim.

Het is niet slechts een aanhef waar Jezus mee begint, het is de manier waarop wij de troon van God naderen. Hoe staan wij in gebed? Met welk geloof staan wij voor Gods troon? Is Hij werkelijk onze Vader, komen wij werkelijk voor Zijn troon wetende dat wij Zijn kinderen zijn? Dit is wat Jezus ons wil leren, Hij wil dat we werkelijk tot de Vader komen, vanuit de wetenschap dat wij Zijn kinderen zijn.

“Onze Vader, wij komen voor Uw troon omdat we van U afhankelijk willen zijn. We komen voor Uw troon omdat we zoeken naar Uw hand in ons leven. Onze Vader, we willen bidden omdat we weten dat U antwoord, we willen zoeken omdat we weten dat we dan zullen vinden en we willen op deze manier bij U aankloppen omdat we dan weten dat U open doet.”

‘Onze Vader’, is geen officiële aanhef, onze Vader is weten vol van geloof dat we bij onze Vader terecht kunnen voor alles, bij Iemand met een onvoorstelbaar warm, meelevend en meevoelend hart. Jezus probeert ons beeld van God te vormen, of op z'n minst bij te stellen, zodat we weten dat we veilig zijn bij de God van hemel en aarde.

‘Onze Vader’ betekent dat we ons bewustzijn van onze plek in de schepping van God. We zijn ons dan bewust dat we samen zijn als familie, als schepping. We zijn er dan op uit dat Gods hand het beste doet voor iedereen. En dat zien we ook terug in de rest van het gebed. Het gebed is er niet op uit om mijn eigen egoïstische verlangen te bevredigen, maar het is er op uit dat we als familie in liefde in Gods koninkrijk wandelen.
Jezus wil de discipelen leren om niet alleen als individu in de relatie met God te staan. De discipelen moeten zien dat hun relatie onderling verband houdt met hoe zij in hun relatie met de Vader staan. Dat kan men niet los van elkaar zien. En daarom is het Onze Vader; wij zijn Zijn schepping, Hij is onze Schepper.

Jezus wil God niet ver weg doen klinken, Hij wil juist de hemel dichter bij halen. Onze Vader die in de hemelen is. Het zijn geen tegenpolen, de hemel en de aarde zijn met elkaar verbonden. We zijn samen, het hoort bij elkaar. God schiep de hemel en de aarde, niet als twee aparte scheppingen, maar als één geheel. Daarom moeten we in gebed er van bewust zijn dat de Vader zo dichtbij is. In al Zijn heerlijkheid en majesteit die Hij heeft in de hemel is ook Hij dichtbij ons, wij die hier op aarde leven. Wij mogen vrijmoedig voor Zijn troon komen, in Zijn aanwezigheid zijn, Hij is nl zo ongelooflijk vertrouwend dichtbij.

Het eerste verlangen dat we uitspreken in het gebed dat Jezus ons leert is dat G'ds naam wordt geheiligd. G'd is heilig, maar de wereld ontheiligd Zijn naam door Hem niet te accepteren voor Wie Hij werkelijk is. De naam van G'd is niet slechts een aanspreekpunt, maar beschrijft Wie Hij is. Hij is onze Schepper, Hij is onze Vader, Hij is een G'd vol van liefde, Hij is genadig en ga zo maar door.
"Toen de HEERE bij hem voorbijkwam, riep Hij: HEERE, HEERE, God, barmhartig en genadig, geduldig en rijk aan goedertierenheid en trouw," Exodus 34: 6

Op het moment dat wij bidden dat Zijn naam geheiligd wordt, dan bidden we met verlangen naar het kennen van Wie Hij werkelijk is. We verlangen naar een openbaring van G'ds handelen in ons leven, in het leven van de gemeente en in het leven van deze wereld.
We verlangen er dan naar dat het niet onze naam is of de naam van een voorganger die gezichtsbepalend is, maar de naam van onze Heilige G'd.

Een koninkrijk is een plek waar een koning regeert. De koning bepaalt de wetten en regels, de koning is de grote leider. We zien in de geschiedenis van Israël dat de koning alles bepalend is zelfs voor het geestelijke niveau van het land. Een koning als David bracht geloof en vrees voor God. Een koning als Achab vernietigde elke verbondenheid met de God van Abraham en het volk volgt.

Jezus leert ons bidden voor het koninkrijk dat Hij verkondigde. Het koninkrijk waar Hij koning is. En dit is het koninkrijk dat wij eerst moeten zoeken. Dit is het koninkrijk waar wij alles voor moeten doen in het leven om het te vinden. En daarom moeten we er in verlangen voor bidden. Laat Uw koninkrijk komen.

Jezus kwam om de wil van de Vader te doen. En ook in dit gebed leert Jezus ons te verlangen naar de wil van de Vader. Maar realiseren we ons dat Gods wil veel groter is dan onze kleine problemen? Waarom is Gods wil opeens niet belangrijk als we televisie aan het kijken zijn of op het internet de verkeerde websites aan het bekijken zijn? Als we met vriendinnen aan het kletsen zijn of op het werk met collega’s bezig zijn, ook dan is Gods wil van belang. Gods wil is niet een strak plan voor ons leven, Gods wil is Zijn verlangen voor ons heilig leven, een leven wat doorspekt is en volledig verweven met Zijn wil.

Maar de wet is net zo goed Gods wil en in die zin is Gods wil een afrastering, een bescherming voor ons leven, een verlangen dat wij heilig wandelen, niet in zeven sloten tegelijk maar in de voetsporen van onze Heiland die gekomen was om de wil te doen van de Vader. De wet bepaalt hoewel onbeschreven tot in de detail wat wij moeten doen, het laat wel degelijk zien hoe wij binnen Gods wil kunnen wandelen, en als we goed kijken, lezen en luisteren dan zien we hoe veilig het daarbinnen is, hoe warm en hoeveel liefde ervan uitgaat.
En dat is het gebed van Jezus, dat Gods verlangen werkelijkheid wordt hier op aarde. Op het moment dat Gods wil geschiede dan is Zijn verlangen werkelijkheid geworden. Het betekent niet dat God de complete regie hier op aarde tot in detail overneemt, het betekent juist dat wij doen wat Zijn verlangen is. Zijn verlangen is zich met ons te verzoenen, Zijn verlangen is dat wij ons laten verzoenen en wandelen in het licht van geloof, hoop en liefde.

Jezus leert ons met dit gebed te verlangen naar alles wat in God is. Jezus wil dat we werkelijk onze ogen sluiten voor wat we op deze aarde zien en dat we dan onze geestelijke ogen openen voor dat wat in de hemel is. Niet de wil van de wereld, niet onze wil en verlangen, behoeften en begeerten, maar het verlangen van God hier op aarde zoals het nu ook in de hemel is, wordt dan ons vurig gebed.

Daarna wil Jezus dat we ons ook mogen richten op ons eigen leven.

‘Geef ons heden ons dagelijks brood.’ Jezus leert ons hier een dagelijkse afhankelijkheid van de Vader. Wij moeten leren om werkelijk uit de hand van God te leven hoe makkelijk onze bankrekening voor de meesten zich elke maand ook vult. Wij moeten zien dat God het is die ons voorziet en niet ons harde werken. Leef werkelijk in afhankelijkheid van God. Laat dit gebed dat Jezus ons leert een oprecht gebed zijn. Vader wij willen werkelijk uit Uw handen leven. Geef ons vandaag ook ons dagelijks brood, ook al komt het van de kantine juffrouw. En het leert ons niet verder te kijken dan deze dag, want als deze dag met zorgen begint dan hebben we daar meer dan genoeg aan, meer dan onze handen vol aan en de Heer wil die volle handen van ons nemen, die vele zorgen voor die dag van ons (weg)nemen, waardoor wij vrede en rust krijgen, waardoor er ruimte ontstaat in ons denken en doen en dat we die ruimte laten opvullen door Hem op Zijn manier, waardoor eerbied, dankbaarheid en aanbidding een ruime plek krijgen in ons leven tot eer van Zijn wil.

Nadat we onze afhankelijkheid van de Vader hebben uitgesproken, wil Jezus ook dat we ons er van bewust zijn dat we uit de genade van God moeten leven. In het gebed vraagt Jezus daarom ook om de vergeving van zonden. Jezus wil dat we in gebed gericht zijn op de Vader. Elke stap die wij zetten is omdat God Zijn hoop voor ons leven niet heeft opgegeven. Vergeef ons onze schulden is een erkenning van die liefde, het laat zien dat we werkelijk weten dat God ons wil vergeven.
Op het moment dat we weten dat we uit Zijn genade leven, dan verandert onze houding naar zonden ook. Op het moment dat we weten dat we uit Zijn genade leven, dan verandert onze houding ook naar zondaar, naar onszelf en naar onze naaste.

Maar er is ook een voorwaarde voor onze vergeving. En misschien lijkt het alsof het woord ‘voorwaarde’ helemaal niets te maken heeft met G'ds genade, maar G'd is ook rechtvaardig. De voorwaarde is dat wij ook bidden dat wij iedereen om ons heen vergeven, hebben vergeven, of leren te vergeven. Wij kunnen niet vragen om vergeving zolang wij nog wrok hebben in ons hart tegenover andere mensen, het moet op z`n minst een samengaan zijn.

Jezus begint dit gebed niet voor niets met ‘Onze’. De Vader is de Schepper van ons allemaal en de manier waarop Hij naar ons kijkt heeft te maken met ons allemaal.
Hoe kunnen wij in Zijn genade leven als we zelf niet genadig zijn naar anderen? De bitterheid en de boosheid naar andere mensen zal altijd tussen G'd en ons in blijven staan. Zolang dat in ons leeft zullen wij niet dit gebed kunnen bidden, en als we het al bidden dan zal de Heer lankmoedig zijn en met geduld wachten en werken aan ons hart. Wij behoren God niet om vergeving te vragen als we niet oprecht kunnen bidden: ‘zoals wij ook vergeven hebben diegene die ons iets aangedaan hebben.’
We moeten alles loslaten, de boosheid, de bitterheid, zonden, alles, en dan kunnen we voor Gods troon komen en Zijn vergeving ontvangen voor ons leven. Kunnen we dat niet dan is onze enige terechte roep naar Hem die altijd beantwoord zal worden: Heer Help, U wil geschiede, ik wil dat dit ook mijn wil is.
Dit gebed bestaat uit twee gedeelten, het één kan niet zonder het andere. Laten we het gebed dat Jezus ons leert, oprecht bidden. Als wij vergeven, worden wij vergeven.

Waarom zouden we God moeten vragen om ons niet in verzoeking te leiden? Het is Jakobus die in zijn brief ons juist laat weten dat God ons niet kan verzoeken, dat zit niet in Zijn natuur. We zullen God nooit de schuld kunnen geven voor onze zonden. En natuurlijk zullen we dit beamen, want stel je voor dat we iets slechts over onze God zeggen.

We vragen de Vader om actief ons leven zo te leiden dat we niet in de verzoekingen komen. Dat we beschermt blijven tegen de leugenaar die elke keer ons probeert te laten zondigen.
Het is niet dat God ons anders wel in de verzoekingen zou leiden, het is dat we nu actief verlangen van God om ons leven zo te leiden dat de leugenaar geen kans krijgt. Dat we verlost zijn van de boze, verlost van de leugens. Dit gebed is een heilig verlangen, dit gebed is een roep om Gods leiding zodat we heilig zijn net als onze Vader.
De Vader staat klaar om ons te leiden op het juiste pad, op het pad waar wij de duivel elke keer weer op z’n neus kunnen laten kijken. Want elke keer zijn we hem een stap voor omdat de Vader ons zo leidt dat wij niet in de verzoekingen komen, wat meer nog omdat Hij voor ons uitgaat, onze Schild is iedere dag van ons leven.
"Exodus 23:20 Zie, Ik zend een Engel voor u uit om over u te waken op de weg en u te brengen naar de plaats die Ik gereedgemaakt heb". Exodus 23: 20

Bidt met een eerlijk en oprecht verlangen tot de Vader. Bidt dat Hij ons zo mag leiden dat wij niet verzocht kunnen worden, omdat Hij voor ons uit wil gaan de boze tegemoet.  Bidt dat ons leven altijd net een stapje voor is op de leugenaar. Laat dit ons verlangen zijn.

"Want van U is het Koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid, tot in eeuwigheid. Amen." 
Mattheus 6: 13

Het koninkrijk is van G'd onze Schepper, onze Vader en gegeven aan Hem die het waardig is om dit te ontvangen. Onze toekomstige Koning heeft een rijk gesticht op basis van Zijn werk aan het kruis van Golgotha. Mijn Leraar, werd het Lam, het Lam werd mijn Hogepriester, de Hogepriester wordt mijn Koning. Zijn overwinning over zonde en dood, maakt dat Zijn Koninkrijk kon komen en bestendig is van eeuwigheid tot eeuwigheid. Als Zijn kind mag ik medeburger zijn van dat Koninkrijk.

bron: godshart.nl

Reacties

Populaire posts