jouw lichaam een tempel van de Heilige Geest (3/3)

"Alle dingen zijn mij geoorloofd, maar niet alle dingen zijn nuttig. Alle dingen zijn mij geoorloofd, maar ik zal mij niet onder de macht van ook maar iets laten brengen. Het voedsel is voor de buik en de buik voor het voedsel, maar God zal zowel het één als het ander tenietdoen. Het lichaam is echter niet voor de hoererij, maar voor de Heere en de Heere voor het lichaam." 1 Kor. 6: 12, 13.

Deze tekst kan aanleiding zijn tot verwarring, het suggereert nl dat alles geoorloofd is maar niet alles is nuttig. Het is net als bij ieder andere tekst heel belangrijk de kontext te lezen en te kennen, waar in dit geschreven wordt. Als er iemand op deze planeet rondloopt met de gedachte en de wetenschap dat niet alles geoorloofd dan is het wel een Jood/Israëliet. Wetten en wetgeving, was voor hen niet een onbekend fenomeen. Op het moment dat Mozes met het volk Israel uit Egypte vertrekken terug naar het beloofde land, komen ze opnieuw met G'ds wet in aanraking. Op de berg Horeb in het Sinai gebergte krijgen ze van G'd de tien geboden op "schrift". Op deze manier komt G'd op een niet misverstane manier uit de anonimiteit, maar dat geldt ook voor de naasten. De eerste vier geboden zeggen iets over de grootsheid en majesteit van G'd en over Zijn positie binnen de Schepping. De laatste zes geboden gaan over de mens en hun positie binnen G'ds schepping. Deze wetten wil ik dan nog even op een bijbels verantwoorde manier samenvatten. De eerste vier: heb G'd lief boven alles!!! De laatste zes: heb je naaste lief als jezelf!

Naast de tien geboden die G'd medegedeeld heeft, zelf geschreven en aan de mens overhandigd, geeft G'd via Mozes nog heel veel meer wetten en verordeningen mee. Wetten van hoe man en vrouw zich moesten handhaven in een huwelijk, tot zaken als offeren, reiniging, omgaan met ziekten en zieken, het geven van een tiende deel van de opbrengst, rein en onrein voedsel,  tot en met omgaan met weduwen en wezen.

Wetten die bepaalde hoe hun maatschappij er uit moest zien en bepaalde hoe zij dagelijks invulling gaven aan hun omgang met G'd en hun naaste. Alle dingen zijn mij geoorloofd past niet in dit beeld van de Israëliet. De Farizeeën hadden zelfs heel veel moeite met het feit dat Jezus toen Hij op aarde was een aantal zaken doorbrak, zoals het goeddoen op de shabbat, het eten met ongewassen handen, het genezen van mensen waar ze niet eens bij in de buurt mochten komen, tot het vergeven van iemands zonden. Alles is mij geoorloofd, vraagt dus van ons om daar genuanceerd naar te kijken en niet te letterlijk uit zijn context toe te passen.

Als alles geoorloofd is, maar niet altijd nuttig dan zullen er momenten in mijn leven zijn dat ik mij mag overgeven aan praktijken die Paulus net hiervoor beschreven heeft als not done.

"Of weet u niet dat onrechtvaardigen het Koninkrijk van God niet zullen beërven? Dwaal niet! Ontuchtplegers, afgodendienaars, overspelers, schandknapen, mannen die met mannen slapen, dieven, hebzuchtigen, dronkaards, lasteraars en rovers zullen het Koninkrijk van God niet beërven." 1 kor. 6: 9, 10. 

Alles is geoorloofd, maar als je onrechtvaardig bent, onrechtvaardig handelt, zoals het dienen van afgoden, overspel, mannen die met mannen slapen, dan beërf je niet G'ds koninkrijk, dan ben je als mede-erfgenaam uitgesloten,  en dat niet vanwege het feit dat het niet altijd nuttig is, of altijd niet nuttig is, maar omdat het ongeoorloofd is, en lijkt dus haaks te staan op de tekst die daarna volgt.

Alles is geoorloofd behoren we dus te lezen in de kontext van; wat was een Israëliet gewend te doen en na te laten, en als we dat voor ogen houden dan blijkt dat je in situaties terecht kunt komen die jouw handelen niet afkeuren vanwege het feit dat je een gebod zou hebben overtreden maar vanwege het feit dat je iets niet verkeerd doet maar waarmee je een "zwakkere" in het geloof in een moeilijke situatie brengt. Een situatie waarin de "zwakkere" dingen gaat doen waar hij/zij nog niet aan toe is en daardoor in gewetensnood terecht dreigt te komen. Alles is dan wel geoorloofd wat je doet, maar het nut is er niet, het is eerder schade wat je veroorzaakt.

"Wat dus het eten van afgodenoffers betreft: wij weten dat een afgod niets is in de wereld en dat er geen andere God is dan Eén. Want al zijn er ook die goden genoemd worden, hetzij in de hemel, hetzij op de aarde (zoals er vele goden en vele heren zijn), toch is er voor ons maar één God: de Vader, uit Wie alle dingen zijn, en wij voor Hem, en één Heere: Jezus Christus, door Wie alle dingen zijn en wij door Hem." 1 Kor. 8: 4-6

Het eten van afgodenoffers was geoorloofd volgens Paulus, er bestaan nl geen afgoden er is maar één G'd, de Schepper van hemel en aarde. Iets wat dus geofferd was aan afgoden, was niets, stelde niets voor en had geen enkel impact op jouw leven, en kon nooit een daad zijn die tussen jou en G'd in zou kunnen komen te staan. Het tegenovergesteld is meer waar, juist met het eten van het een dergelijk offer, geef je aan dat er geen god is buiten de Allerhoogste. Zoals reeds aangegeven zit er dus een maar aan het in dit specifieke geval eten van vlees wat aan de afgoden geofferd is.

"Maar niet in allen is deze kennis, want sommigen, die in hun geweten tot nu toe niet los zijn van de afgod, eten het vlees als afgodenoffer, en hun geweten, dat zwak is, wordt bevlekt."

Hier wordt dus een beroep gedaan op onze verantwoordelijkheid als christen, beroep je niet altijd op het principe van het is geoorloofd, in de wetenschap dat je daar je "zwakkere" broeder of zuster mee in gewetensnood brengt. Ondanks het feit dat mensen bekeerd zijn, kan het toch voorkomen dat ze nog vast zitten aan oude tradities en denkbeelden, in dit geval aan afgoden en verering ervan.

Alles is dus niet geoorloofd. Het eten van onrein voedsel is net zo min geoorloofd als het eten van afgodenoffers, maar dan om een geheel andere reden. Persoonlijk ben ik de overtuiging toegedaan dat het eten van onrein voedsel ongeoorloofd is, het is nergens in de bijbel afgeschaft en dus als verordening actief. G'd wil niet dat wij ons besmetten met onrein voedsel, het is dan ook heel bijzonder dat als wij als christenen ons tegoed doen aan bijvoorbeeld garnalen of varkensvlees, wij een zegen vragen over dit eten. Een zegen vragen over voedsel, die G'd in de ban heeft gedaan is in mijn perceptie hetzelfde als Eva een zegen zou vragen over de verboden vrucht die zij van plan was om te gaan eten. Niemand vraagt aan de burgemeester van zijn plaats of hij zijn goedkeuring wil geven aan het rijden door rood. Dat zet de wereld op z'n kop, en dat heeft het ook gedaan. Ongehoorzaamheid kan nooit begeleidt worden met een zegen van de Heer. Kijk om je heen en aanschouw dagelijks de gevolgen van die eerste stap van ongehoorzaamheid, aanschouw dagelijks de vervolg stappen van onze ongehoorzaamheid. Het was een ongeoorloofde daad, en allerminst nuttig.

Als wij geroepen zijn door Jezus Christus, via de Heilige Geest die ons overtuigd heeft, dan komt de Heilige Geest, bij die ommekeer, bij die wedergeboorte in ons wonen, en maakt van ons lichaam, ons "vlees" een tempel van de Allerhoogste. Wij hebben vanaf dat moment een G'ddelijke inwoning. Hij zal ons alles te binnen brengen wat Jezus Hem vertelt, dat zal ons vernieuwen en hervormen. Dan zullen wij G'd leren lief hebben boven alles en onze naaste als onszelf. Dan zullen wij gaan leven in overeenstemming met G'ds wil en zullen wij ook ons vlees koesteren, verzorgen, netjes houden en met respect behandelen. Deze tempel van de Allerhoogste verdient de beste zorg, wij zullen ons lichaam niet verontreinigen met roken, drinken, vet, bloed, het verstikte, onreine voeding zoals varkensvlees en garnalen etc..., maar ook niet met hoererij in geestelijke zin en in lichamelijke zin. 

Alles is geoorloofd, als je dat doet wat goed is en valt binnen de regels en verordeningen van G'd, maar niet alles is nuttig omdat de "zwakkere" in het geloof in gewetensnood kan komen door jouw voorbeeld te volgen, tegen zijn eigen overtuiging in. Alles is dus niet geoorloofd, en dat heeft de Here G'd duidelijk gemaakt met Zijn eeuwige wet van liefde.

G'd zoekt trouwe christen die de geboden G'ds en het geloof van Jezus bewaren. G'd zoekt trouwe christenen die zeggen: zo is dan de wet heilig en goed, en ik zal geen jota of titel van G'ds eeuwige wet van liefde ter aarde laten vallen. Dat is geoorloofd en dat is nuttig.

Het is Jezus die ons door Zijn offer dicht bij G'd heeft gebracht, het is de Heilige Geest die ons dichter bij Jezus brengt, Het is G'd die ons dichter bij Zijn troon heeft gebracht. Het navolgen van Zijn wetten en verordeningen plaatst ons direct onder de zegen van de Heer en om die reden zullen wij geen gebrek kennen. 

(Rein)"Voedsel nu brengt ons niet dichter bij God, want hetzij dat wij eten, wij hebben daardoor bij God geen overvloed; en hetzij dat wij niet eten, wij lijden daardoor bij God geen gebrek." 1Korinthe 8: 8