psalm 12: gebed om hulp

"Breng verlossing, HEERE, want goedertieren mensen zijn er niet meer, onder de mensenkinderen zijn er nog maar weinig trouw."

Kijkend naar de wereld om ons heen, kunnen wij komen tot dezelfde conclusie als de psalmist David.
Er zijn geen mensen meer die goedertieren zijn, die barmhartig zijn, naar de ander omziet en er voor hen is. Mensen spreken kwaad, liegen, spreken vleiende woorden, maar zijn verre van trouw en staan elkaar na aan het leven. Arrogantie viert hoogtij, en men vindt dat ze aan niemand verantwoording schuldig zijn, wie is onze heer en meester, wie is de baas over ons, wij bepalen zelf wat wij doen. En zie hoe hun wegen eruit zien, vol van list en bedrog, erop uit om een ander te benadelen.

Er is er maar Eén de recht kan verschaffen en naar die Ene gaat het roepen van David uit. Hij smeekt G'd om in te grijpen, om het kwaad een halt toe te roepen, om het verderf in de kiem te smoren. Zijn het hun lippen die kwaadbedrijven, snij ze af vraagt hij aan G'd. Met hun tong plegen zij bedrog, snij hun tong af, zodat het bedrog stopt. En G'd antwoord, en Hij antwoord om een reden; "Om de verwoesting van de ellendigen en het gekerm van de armen zal Ik nu opstaan, zegt de HEERE; Ik zal in veiligheid brengen wie hij weg wil blazen."

David heeft een hele heldere en duidelijke reden waarom Hij de Heere aanroept: "De woorden van de HEERE zijn reine woorden, als zilver gelouterd in een aarden smeltkroes, gezuiverd zevenmaal."
G'd antwoord en antwoord altijd, niet altijd op onze manier en op onze tijd, maar altijd beter. G'd is getrouw, G'd is te vertrouwen, als wij om hulp bidden, dan zal G'd ons gebed beantwoorden. 
Maar wat heb ik aan het antwoorden van G'd, wat heb ik aan de Woorden van G'd?
G'ds woorden zijn rein, super, mega, boven elke verwachting zuiver en betrouwbaar. Tot zevenmaal gezuiverd in het vuur, geen spoor van vuil, geen spatje onreinheid, van geen andere stof dan puur zilver, zonder enige onzuiverheid, kostbare woorden, woorden die bewaard en gekoesterd dienen te worden.

Jezus heeft ons dat voorbeeld voorgeleefd. Als Hij sprak dan zij Hij altijd; "Voorwaar, voorwaar Ik zeg u". Met andere woorden, wat ik zeg is de waarheid en de waarheid alleen, daar hoef je niet aan te twijfelen, daar is geen woord van gelogen, alles wat ik zeg zijn woorden waarop je kan vertrouwen.
"Uw hart worde niet ontroerd, u gelooft in G'd gelooft ook in Mij" Joh. 14: 1.
Is G'd te vertrouwen? Dan is Jezus ook te vertrouwen. En Jezus heeft dit woord waargemaakt. Voordat Hij gevangen werd genomen om gekruisigd te worden als het Lam dat de zonde van de wereld zou wegnemen, deed Hij al de belofte dat Hij voor ons een plaats zou bereiden in de Hemel. Hij heeft dit woord met Zijn leven bevestigd, Jezus is getrouw gebleken en wie Jezus gezien heeft die heeft de Vader gezien.

G'd ziet naar ons om, Hij zal zich over Zijn kinderen ontfermen, ook al ziet het er naar uit dat de gemeenste mensen verhoogd worden en een gezegend leven leiden. Maar zij zullen een leven leiden zonder G'ds bescherming, niet omdat G'd de mensen niet wil beschermen, maar de goddeloze kiezen voor hun eigen weg, een weg zonder G'd en zonder gebod, een weg die tot verderf leidt. 

"Zalig de armen van geest, want hunner is het Koninkrijk der hemelen." Matt. 5: 3.
"Zalig de zachtmoedigen, want zij zullen de aarde beërven." Matt. 5: 5.
De hemel en de aarde, twee koninkrijken waar wij mogen heersen als eigenaren, als koningen, als kroonstuk van G'ds schepping.

"Ú, HEERE, zult hen bewaren, U zult hen beschermen tegen dit geslacht, voor eeuwig."